Vanmorgen was ik een beetje in de schuur aan het rommelen, of eerlijk gezegd de rommel aan het ordenen, toen er een klein jongetje voorbij fietste. We zeiden elkaar vriendelijk gedag. Een paar tellen later staat hij weer bij mijn schuurdeur en vraagt of ik ook kinderen heb. Ja die heb ik. Hoe oud zijn die dan vraagt hij. Ik vertel hem dat ze 16 en 18 zijn. Vind jij dat oud? vraagt hij aan mij. Ik denk even na en zeg dat ik eerlijk gezegd niet weet of ik dat oud vindt en vraag hoe hij daarover denkt. Hij vindt van niet en begint te vertellen dat hij zo graag met iemand wil spelen. Vervolgens vraagt hij of ik mijn kinderen even kan laten zien en ze even wil roepen. Ik vertel hem dat ik vermoed dat ze nog niet wakker zijn. Mmmmm….nou dan wordt het tijd dat ik ze wakker ga maken is zijn reactie. Ik leg uit dat ik dat nooit doe en dat ze wakker mogen worden wanneer zij dat willen.

Ondertussen is het kwartje bij mij gevallen en ik denk te weten waar hij heen wil. Dus ik vraag hem of hij met ze zou willen spelen. Ja dat zou hij heel graag willen. Ik vraag hem hoe oud hij is en hij vertelt dat hij 4 jaar is. Ik vermoed dat mijn kinderen andere spelletjes leuk vinden dan jij vertel ik hem en vraag hem of er in de buurt niemand is die met hem wil spelen. Ja die is er wel zegt hij, maar dat is er maar één en hij wil zo graag met meer spelen. Hij draait zich om met een ietwat sip gezicht en voordat hij weg fietst mompelt hij nog iets in de trend van hoe jammer hij het vindt dat er niet meer kinderen mee willen spelen.

Als ik weer naar binnen loop is er een grote glimlach op mijn gezicht. Die laatste opmerking doet mij ineens denken aan het nieuwste blog ‘Jammeren’ van Angela Mastwijk dat ik vanmorgen las. Na het lezen kreeg ik voor mezelf een inzicht wat iets te maken heeft met mijn gejammer over het jammeren van anderen. Het gesprekje en ‘gejammer’ van dit kind tovert een spontaan een lach op mijn gezicht en ik voel geen enkele vorm van verzet op komen. Ik vermoedt trouwens dat het jongetje deze teleurstelling al weer is vergeten, zodra hij de hoek om is gefietst, .

Eenmaal binnen hoor ik dat mijn kinderen inmiddels wakker zijn en vertel ze dat er iemand voor ze aan de deur was die met ze wilde spelen. En terwijl ik het verhaal vertel verschijnt er bij beiden een grote glimlach op hun gezicht en hun reactie is: ‘Wat schattig mam!!!’ Ja wat schattig en vertederend en ik vraag me nu ik dit schrijf ineens af waarom ik hem niet heb gevraagd of hij 52 oud vond. Tja een gemiste kans! 😉